Klompenpad is een openbaring

1415
Natuurlijk had ik de routebordjes van de klompenpaden al vaker zien staan, maar nooit kwam ik op het idee om zo’n klompenpad te lopen. Meer iets voor toeristen en dagjesmensen, dacht ik.

Als je al meer dan 50 jaar in Epe woont en veel fietst, wandelt of hardloopt, denk je dat de directe omgeving niet meer zo heel veel nieuws te bieden heeft. Totdat je de klompenpaden ontdekt. Er gaat een wereld voor je open.

Natuurlijk had ik de routebordjes van de klompenpaden al vaker zien staan, maar nooit kwam ik op het idee om zo’n klompenpad te lopen. Meer iets voor toeristen en dagjesmensen, dacht ik. Maar in het kader van de onzekere vakantieplannen leek het me een goed idee, me maar eens wat meer te verdiepen in onze directe omgeving. En als dan bij het redactieoverleg het onderwerp ‘klompenpaden’ voorbij komt, kun je er niet meer onderuit. Dus vooruit; de stoute schoenen, of nee liever de klompen, aangetrokken en eropuit. Want, ja, een klompenpad loop je op je klompen. Dat staat immers op de site en bij de vertrekpunten op de borden aangegeven: ‘Klompen aan, rugzak op en gaan!’ En het is slechts 10 kilometer, dus wat kan het probleem zijn? Voor wat betreft omgeving een perfecte keuze; voor wat betreft schoeisel: de slechtst mogelijke keuze.

Een klompenpad loop je op je klompen, hoewel…

Zuster van Rossum
Samen met mijn wandelmaatje kiezen we het Schaverense klompenpad, ten westen en zuiden van Emst. Startpunt: De Hezebrink. Via de Kerkhofweg verlaten we het dorp in westelijke richting. We vragen ons af waar de naam Zuster van Rossum vandaan komt. Was zij de Emster Florence Nigthingale of misschien een verpleegkundige ‘held’, die met weinig beschermende middelen de afgelopen maanden het coronavirus in Emst te lijf ging? “Wat een hinderlijk geluid, dat geknerp en geklos op die klompen”, moppert mijn wandelmaatje. ‘Dat wordt een leuke avond’, denk ik. Maar eenmaal buiten het dorp genieten we al snel van de vogels en het landschap. De meest gangbare bloemen en planten herkennen we wel. Akkerhoornbloem, paarse klaver, salomonszegel boterbloemen, maar tot mijn schaamte moet ik bekennen dat ik het verschil tussen rogge, haver en graan dat volop groeit in de buurt van de Laarstraat niet ken. Bij de Muggenveldsweg zijn we direct al in een landelijk omgeving. De hoogteverschillen doen bijna Limburgs aan. We merken de meerwaarde van een goed gemarkeerd klompenpad, want je komt langs smalle weggetjes en paadjes die je normaal gesproken niet zouden opvallen. Vlak achter woonhuizen en door stukken bos. Paadjes waar je zo vaak met je fiets langsheen flitst.

Je komt langs smalle weggetjes en paadjes die je normaal gesproken niet zouden opvallen. Vlak achter woonhuizen en door stukken bos.

‘Wie was of is Johannes?’
Inmiddels zijn we de Oranjeweg en de Veldweg gekruist en zijn we aangeland bij het Pollenseveen. Nooit geweten dat hier een schapenwasplaats is geweest en dat de weg een eeuwenoude verbinding tussen Niersen en Epe vormt. De naam van het weggetje: Johannespad. ‘Johannespad? Ik ben hier vroeger honderden keren langsgekomen op weg naar mijn vriendin in Vaassen, maar toen had dit weggetje nog helemaal geen naam. Wie was of is Johannes?’, vragen we ons af.

Weer een kilometer verder komen we bij het bosje ‘Wildlust’ naast de Hanendorperweg. Een prachtig stukje natuur met statige douglassen, grove dennen en stoere Amerikaanse en inlandse eiken. De dennengeur komt je tegemoet. “Ik krijg zin in een bad”, zegt mijn maatje, maar dat heeft waarschijnlijk alles te maken met de dennengeur, die zich een eindje verder laat verdringen door de geur van versgemaaid hooi (of is het versgemaaid gras, dat is het volgende punt van discussie). De paadjes vanaf ‘Wildlust’ richting Bloemendaalsweg, langs kikkerpoeltjes, hooibergen en boerderijgen doen denken aan andere tijden. Honderden keren kwam ik met de fiets of auto over de Vaassense Binnenweg, maar ik wist niet dat het een paar honderd meter zuidelijk daarvan zo mooi was.

Banken
We volgen de Bloemendaalseweg richting Emst. Link en rechts van de weg krijgt de natuur volop ruimte. We komen er steeds meer achter hoe weinig we weten van onze eigen omgeving. Wordt dit gras (het is nu 25 mei ) binnenkort gemaaid? Of blijft het gewoon staan en moet het binnen een paar jaar een gebied met opslag van boompjes, brandnetels en bramen worden waar de natuur haar gang kan gaan? We hebben geen idee. Overal staan bankjes, een groot aantal daarvan gesponsord door de Rabobank Noordoost Veluwe. Normaal ben ik niet zo’n fan van banken, maar naarmate de kilometers vorderen, begin ik steeds meer uit te kijken naar weer een Rabobank, want de klomp aan mijn linkervoet begint behoorlijk te schuren en te schaven.

Eindelijk komt het dorp Emst in zicht. We zijn er in deze coronatijd al op ingesteld dat een drankje bij de Emsterie of de 3 Musketiers er niet in zit, maar dat doet niets af aan de schoonheid van de wandeling. Conclusie: wandelend is heel veel moois te zien links en rechts van de wegen waarvan ik zo vaak met fiets of auto gebruik maak. Een klompenpad is een openbaring, maar het is verstandig om de klompen in te ruilen voor een paar stevig wandelschoenen of gympen.

Klompenpaden
De gemeenten Epe en Heerde tellen samen acht klompenpaden, variërend in lengte van 9 tot 15 kilometer. Voor de echte kilometervreters zijn er overstaproutes die het ene met het andere pad verbinden. Voor degenen die het wat rustiger aan willen doen zijn er routeverkorters. Meer informatie over de Klompenpaden: www.klompenpaden.nl.

De gemeenten Epe en Heerde tellen samen acht klompenpaden, variërend in lengte van 9 tot 15 kilometer.

Tekst en foto’s: Gerrit Tenkink